Etappe 5, Deel 1: 'Libellule'
Le Barcares - Hossegor, met extra krul via Minerve, Olargues, Montpellier aan Zee, Montpellier, Sète en Amou. 25 april - 29 april, 811 km.
30 april 2024
"Jullie zijn met z'n tweeën?", vraagt de jonge ober, kok en eigenaar van het enige restaurant in het dorp dat open is, nadat hij ons 'opnieuwgoedendag' wenst. "Ja de hond en ik", antwoord ik. We zijn in Minerve, 1 van de mooiste dorpen van Frankrijk. '1 van de mooiste dorpen van Frankrijk' is een keurmerk. Er zijn er 700. De criteria zijn niet helemaal duidelijk, er moeten in ieder geval ten minste twee bezienswaardigheden zijn. Schoon is het er ook. De openbare wc's worden twee keer per dag schoongemaakt door een tweetal in een golfkarretje, dat ook de vuilniszakken verwisselt zodra er iets in zit, zorgt dat overal voldoende hondenzakjes zijn en de straten zorgvuldig met een bezem afborstelt.
Ik heb slechts een globaal plan en route en laat me voor de invulling vooral leiden door de wind en het weer (en eerder de sneeuw). Zo kwam ik opnieuw in de Languedoc terecht. De hoogste (minst lage) temperatuur werd hier verwacht. En bovendien, zaterdag zou het centrum van een zuiderstorm bij Montpellier aan land komen.
Daarom eet ik nu pizza in Minerve, op het terras van het enige restaurant dat open is, in 1 van de mooiste dorpen van Frankrijk, gelegen op een punt waar twee 'gorges' samenkomen. Hier wonen al mensen sinds de oertijd en in de vroege middeleeuwen leek het een goed idee om op de rots, slechts verbonden met de hoogvlakte door een landtong van nog geen 2 meter breed, een dorp te bouwen. De huizen puilen letterlijk over de rand en het zal ongetwijfeld een onneembare vesting geweest zijn.
Helaas wordt het terras opgeschrikt door gekrijs van een peuter. De jongedame heeft duidelijk een eigen wil en is ontroostbaar tot ze Bassie in het vizier krijgt. Ondanks dat het van vader niet mag klimt ze van haar stoel om Bassie te aaien. Die begint meteen zo enthousiast te kwispelen en haar gezicht te likken dat ze omvalt. Verbaasd kijkt ze me aan en gaat verder met het aaien van Bassie die inmiddels is gaan liggen. Haar vader komt haar steeds weghalen, maar ze komt steeds terug. Uiteindelijk geeft hij het op en gaat ze bij mij aan tafel zitten.
Haar broer pakt het subtieler aan. Die komt af en toe kijken hoe het gaat met 'de kleine' om Bassie terloops te aaien. Of hij komt een blaadje of takje uit zijn staart halen. Of hij komt vertellen dat hij zojuist een libelle heeft gezien. Omdat ik op dat moment nog niet helemaal zeker ben of hij een batterij heeft zien vliegen, vraag ik hem wat een libelle is. Vol ongeloof kijkt hij me aan: "Weet je dat niet?" Hij legt het me uit. En als we hebben vastgesteld dat de libelle geen twee meter groot is, maar veel kleiner, vertrekt hij lachend met zijn zus in zijn kielzog naar zijn tafel.
Nadat de familie uitgebreid afscheid heeft genomen van Bassie en de rust is weergekeerd, verdiep ik me in een plek voor de nacht. Maar ik blijk er al te staan. Achter de parkeerplaats van het dorp is een veldje voor campers, waar je voor 6 Euro per dag en 10 Euro per nacht mag staan. Ik kies de optie 'forfait 3 dagen' voor 15 Euro. Er zijn brandschone wc's, de vergezichten zijn adembenemend en de vuilnisbakken net geleegd.
We wandelen de trail van de natuurlijke bruggen, waarbij we 4 of 5 gorges oversteken. Bassie is blij met de riviertjes en beekjes en ik met de absolute stilte, afgezien van het ruisen van het water en het geluid van de vogels. De zon verwarmt me na de kou van Le Barcares en ik voel me rustig. Uiteindelijk blijven we twee dagen waarna we over de mooiste weg van de Languedoc, de D180, via Olargues naar Montpellier aan Zee rijden, waar we inchecken in het naast de kitespot gelegen hotel Neptunus.